Schadeherstel

Sommige verkeersdeelnemers hebben er nooit mee te maken en anderen komen er regelmatig mee in aanraking: schadeherstel. Dat heeft ongetwijfeld voor een deel te maken met je rijgedrag, maar aan lang niet alle soorten schade kun je iets doen. Het risico op een klapband is weliswaar groter bij oudere banden, maar je kunt ook een klapband krijgen als je net nieuwe banden hebt laten monteren. Het is maar net of je je auto op een gunstige plek langs de weg kunt zetten of er veel schade ontstaat of niet. Wie niet verder kan rijden zal gebruik moeten maken van schadeherstel.

De juiste volgorde telt bij schadeherstel

Als ‘slachtoffer’ van schade in het verkeer hoef je niet zoveel zelf te doen. Het meeste wordt je uit handen genomen. Er zijn twee dingen die je wel zelf moet doen. Dat is ten eerste de verzekeraar bellen om te melden dat je schade hebt. Je moet dat liefst ter plekke doen. Als je auto moet worden afgesleept zal de verzekeraar dat regelen. Ten tweede moet je contact opnemen met het bedrijf dat de schade gaat repareren. Die beide organisaties zorgen er samen voor dat het schadeherstel soepel verloopt zonder dat jij daar stress over krijgt.

Een sterretje in de ruit

Bij schadeherstel wordt vaak gedacht aan ernstige problemen met gecrashte voertuigen. Maar er zijn ook hele simpele soorten van schadeherstel. Zoals het repareren van een kras in de lak van de auto, het uitdeuken van een portier, het verwijderen van schade aan het dashboard of het repareren van een scheur in de bekleding. Zelfs het laten repareren van een sterretje in de ruit is schadeherstel. Het hangt van je verzekering af of al deze soorten schade volledig worden gedekt. Houd daar rekening mee als je naar een herstelbedrijf gaat.